Rechtbank: vlaktaks is niet discriminerend

Sjoerd van der Linden Sjoerd van der Linden
• Laatste update:

Dat oordeelde de Haagse rechtbank deze week in een rechtszaak aangespannen door de Vereniging Zakelijke Rijders (VZR). De vereniging was van mening dat het oneerlijk is dat berijders van wie de auto voor 1 januari 2017 op naam werd gesteld 3 procent meer bijtelling betalen dan zij die op of na die datum een identieke auto op naam zetten. Fiscale discriminatie, meent de VZR. “Het is onbillijk dat een verschil van één dag bij tenaamstelling leidt tot een 3 procentpunt lagere bijtelling voor dezelfde auto”, zegt VZR-voorzitter Jan van Delft tegen Fleet&Mobility.

Van Delft zegt de uitspraak jammer vinden. “Wij zijn de zaak niet voor niets begonnen: wij hadden de hoop en verwachting dat ons standpunt gehoor zou vinden.” Er zijn eerdere aanpassingen van verschillende bijtellingstarieven geweest, en de VZR heeft destijds ook daartegen protest aangetekend, maar deze wijziging was zo onbillijk dat de vereniging zich genoodzaakt zag naar de rechter te stappen, aldus de voorzitter.

Van Delft zegt niet precies te weten hoeveel leden zijn getroffen door de aanpassing. “Afgaand op het landelijke beeld gaat het om 14 tot 15 procent van onze leden.”  De verandering van het bijtellingstarief zorgde voor een stijging in het aantal leaseregistraties met 60 procent ten opzichte van diezelfde maand in 2016.

Voorspelbaarheid

Volgens de rechtbank behoort het tot de bewegingsvrijheid van de wetgever om de hoogte van het bijtellingstarief aan te passen. De VZR onderschrijft die conclusie niet, zegt Van Delft. “De rechter neemt die bewegingsvrijheid als vaststaand feit. Wij vinden dat elke Nederlander moet weten waar hij of zij aan toe is. Daar horen duidelijkheid en voorspelbaarheid bij. Tijdens de zitting hadden wij de indruk dat die boodschap overkwam. Daarom zijn wij verbaasd en teleurgesteld over deze uitspraak.”

Of de VZR in beroep gaat tegen de uitspraak weet Van Delft nog niet. “Dit is een dure hobby. We moeten nu onze knopen tellen en de kans op succes in hoger beroep inschatten.”

Rechtbank: vlaktaks is niet discriminerend | Fleet&Mobility

Rechtbank: vlaktaks is niet discriminerend

Sjoerd van der Linden Sjoerd van der Linden
• Laatste update:

Dat oordeelde de Haagse rechtbank deze week in een rechtszaak aangespannen door de Vereniging Zakelijke Rijders (VZR). De vereniging was van mening dat het oneerlijk is dat berijders van wie de auto voor 1 januari 2017 op naam werd gesteld 3 procent meer bijtelling betalen dan zij die op of na die datum een identieke auto op naam zetten. Fiscale discriminatie, meent de VZR. “Het is onbillijk dat een verschil van één dag bij tenaamstelling leidt tot een 3 procentpunt lagere bijtelling voor dezelfde auto”, zegt VZR-voorzitter Jan van Delft tegen Fleet&Mobility.

Van Delft zegt de uitspraak jammer vinden. “Wij zijn de zaak niet voor niets begonnen: wij hadden de hoop en verwachting dat ons standpunt gehoor zou vinden.” Er zijn eerdere aanpassingen van verschillende bijtellingstarieven geweest, en de VZR heeft destijds ook daartegen protest aangetekend, maar deze wijziging was zo onbillijk dat de vereniging zich genoodzaakt zag naar de rechter te stappen, aldus de voorzitter.

Van Delft zegt niet precies te weten hoeveel leden zijn getroffen door de aanpassing. “Afgaand op het landelijke beeld gaat het om 14 tot 15 procent van onze leden.”  De verandering van het bijtellingstarief zorgde voor een stijging in het aantal leaseregistraties met 60 procent ten opzichte van diezelfde maand in 2016.

Voorspelbaarheid

Volgens de rechtbank behoort het tot de bewegingsvrijheid van de wetgever om de hoogte van het bijtellingstarief aan te passen. De VZR onderschrijft die conclusie niet, zegt Van Delft. “De rechter neemt die bewegingsvrijheid als vaststaand feit. Wij vinden dat elke Nederlander moet weten waar hij of zij aan toe is. Daar horen duidelijkheid en voorspelbaarheid bij. Tijdens de zitting hadden wij de indruk dat die boodschap overkwam. Daarom zijn wij verbaasd en teleurgesteld over deze uitspraak.”

Of de VZR in beroep gaat tegen de uitspraak weet Van Delft nog niet. “Dit is een dure hobby. We moeten nu onze knopen tellen en de kans op succes in hoger beroep inschatten.”