Forse investeringen zorgen voor miljoenenverlies mobiliteitsbedrijf Autobinck

Mobiliteitsbedrijf Autobinck noteerde in 2020 een verlies van 21 miljoen euro. Vorig jaar bedroeg de winst nog ruim 120 miljoen euro, als gevolg van de verkoop van onderdelentak Partspoint. De omzet van het bedrijf daalde van 1,06 miljard naar 854 miljoen euro (-19,7%).
CFO Michel Cornelissen is tevreden over 2020 omdat het verlies volgens hem voornamelijk betrekking heeft op investeringen. Ook voor dit en volgend jaar houdt het bedrijf nog rekening met een negatief nettoresultaat. De doorlopende investeringen in nieuwe bedrijven – Autobinck kocht vorig jaar onder meer ROI Fleet en XXImo en investeerde in Toogethr, Safedrivepod, Amaze en De Woonpas – drukten het resultaat. “Wij proberen zo weinig mogelijk te activeren en juist zoveel mogelijk goodwill af te schrijven. Dat drukt het resultaat op korte termijn.”
Politietender
Mobinck, zoals de mobiliteitsdivisie van Autobinck tegenwoordig heet, kende een goed jaar. “We zien nu dat onze dienstverlening ongelofelijk in trek is. We winnen veel tenders, zoals recent die van de politie. Bij de grote corporates en instellingen is het spel nu echt op de wagen en in die markt zijn we zeer competitief. Inmiddels hebben we zo’n 150 duizend gebruikers op ons platform. Daarbij leveren we niet langer alleen mobiliteit en/of mobiliteitspassen maar worden we ook steeds vaker platformleverancier. Bedrijven kunnen dan op onze platform zelf hun mobiliteit inregelen. Het zijn forse investeringen, maar die beginnen zich inmiddels uit te betalen.”
Volgens Cornelissen leverde de coronapandemie ook plussen op. Zo zag Business Lease het resultaat verbeteren als gevolg van het verlengen van leasecontracten en de hoge remarketingopbrengsten. “Al met al kwam onze operationele winst (ebitda, red) uit op zes miljoen euro. Dat is minder dan gewenst, maar helemaal niet slecht. We hadden vorig jaar een positieve cashflow en dat geldt ook voor dit en volgend jaar. We verwachten in 2023 ook weer een nettowinst te realiseren.”