Henk Schmidt, productmanager Vervoer bij de Belastingdienst:

Interview Mobiliteit | Belastingdienst snijdt stevig in privileges

Floor Vink Floor Vink
• Laatste update:
Henk Schmidt: Duurzaamheid heeft prioriteit binnen het mobiliteitsplan. (Foto: Cindy Bakker Fotografie)

Het samensmelten van de zestig losse autoregelingen was een van de grootste standaardisatie-operaties van de afgelopen jaren die bij de Rijksoverheid plaatsvonden. De nieuwe regeling, die  begin deze zomer van kracht werd, geeft binnen de verschillende overheids-disciplines nog wel bewegingsvrijheid, bijvoorbeeld met betrekking tot het toekennen van dienstauto’s. Het harmoniseren van dit beleid gaat stap voor stap en is nog steeds bezig; de eerste aanzet werd al in 2011 gegeven. Niet iedereen is even blij met het resultaat. “Medewerkers hebben in de loop van vele jaren allerlei privileges opgebouwd en werden ook wel een beetje gepamperd. Nu komen we aan die privileges, zoals een ov-abonnement of een parkeerplaats.  Dat vinden mensen niet leuk”, vertelt Henk Schmidt, productmanager vervoer bij de Belastingdienst.

EV’s

Duurzaamheid heeft prioriteit binnen het mobiliteitsplan. In 2020 moet 20 procent van de zakelijke auto’s een EV zijn. “We streven zelfs naar een hoger percentage.” Er rijden nu veertig EV’s rond van de Belastingdienst en twee waterstofauto’s. Schmidt: “Die waterstofvarianten zijn in gebruik bij een douanekantoor in de buurt van Rhoon, waar een waterstoftankstation is. We hebben nu de Opel Ampera, Hyundai Ioniq, Volkswagen e-Golf en de Renault Zoe rijden. In de tweede helft van dit jaar willen we nog 65 EV’s bestellen, volgend jaar 81 en in 2020 nog eens 155. Dan hebben we 341 elektrische voertuigen in de vloot. Dat is meer dan 20 procent van het totaal. We zijn nu bezig met een aanbesteding voor laadpalen bij Rijksoverheid-kantoren. Alleen al voor de Belastingdienst worden de huidige 150 laadpunten met zo’n 300 uitgebreid en is er een Rijksbrede regeling voor thuislaadpunten.” De Belastingdienst werkt met Leaseplan als leasemaatschappij voor het beheer van de auto’s. “De auto’s worden al enkele jaren Rijksbreed aanbesteed en ingekocht. Met 12 duizend civiele auto’s zijn de inkoopvoordelen fors met ruime kortingspercentages.”

We komen aan privileges die in de loop van vele jaren zijn opgebouwd. Dat doet pijn.

Schatkist

Tot 2015 waren zelfs veel auto’s nog koop in plaats van lease. “De rente staat nu laag, maar is ook hoog geweest. De overheid kan goedkoop lenen, waardoor koop best interessant was. Nu we leaseauto’s hebben, zijn de financiële stromen constant en beter voorspelbaar, maar eerst moesten we iedere keer uitleggen waarom in het ene jaar veel meer voor auto’s werd begroot dan het andere. Het vervangingsschema was heel wisselend. Het ene jaar werden 300 auto’s vervangen door nieuwe, terwijl dat er in het andere jaar 150 waren. Dat scheelt nogal in de begroting en dat stuitte nog wel wel eens op onbegrip.” De omslag van koop naar lease viel precies in de crisistijd en dat was voordelig voor de overheid. “Het was crisis, we hoefden niet meer te investeren in nieuwe auto’s, maar hadden wel de inkomsten uit de remarketing van het rijdende wagenpark. Dat pakte erg goed uit voor de schatkist”, vertelt Schmidt. 

5 tips

  1. Kijk voortdurend naar het juiste moment om een verandering in het beleid door te voeren. Bijvoorbeeld bij cao-onderhandelingen of herziening van het parkeerbeleid in het geval van een nieuwbouwproject.
  2. Stel een duidelijk visie op, samen met het topmanagement. Maak daarin ook keuzes met betrekking tot duurzaamheid, kosten, gebruiksgemak of vervoer als belangrijke arbeidsvoorwaarde.
  3. Focus. Het is beter om meer tempo te maken met een of twee onderwerpen dan met hagel te schieten. 
  4. Zorg voor draagvlak en werk samen met HR, OR en het management. Gedragsverandering bij medewerkers heeft voortdurend aandacht nodig.
  5. Het gaat niet alleen om de directe kosten, voordelen van een goede vervoersvisie zijn ook: minder reistijd = meer directe uren, vitaliteit en minder parkeervoorzieningen.

Eigen bijdrage

Bij de belastingdienst zit geen enkele arbeidsvoorwaardelijke auto in de vloot. “We werken met belastinggeld, daar moet op een goede manier mee om worden gegaan.” Alle auto’s zijn dus functioneel en pas aan een persoon gekoppeld als er 20 duizend of meer zakelijke kilometers worden gemaakt, exclusief de kilometers voor woon-werkverkeer. “Op dit moment bekijken we dit omslagpunt. We maken er wellicht een andere constructie van, omdat een aantal collega’s ook kilometers declareert voor zakelijke ritten met hun privéauto. Als iemand privé een zeer vervuilende auto rijdt, loont het wat duurzaamheid betreft wellicht om een leaseauto te rijden. Dan zouden we het omslagpunt lager moeten stellen dan de huidige 20 duizend kilometer.” 

We werken met belastinggeld, Daar moet je goed mee omgaan.

Privékilometers zijn bij de Belastingdienst niet gemaximaliseerd. “Een leaserijder betaalt wel eigen bijdrage van 22 cent per kilometer. Die eigen bijdrage wordt van de te betalen bijtelling afgetrokken. Betaalt iemand bijvoorbeeld 1.500 euro fiscale bijtelling en rijdt hij voor 1.000 euro privékilometers, hoeft de loonheffing nog maar over 500 euro berekend te worden. Daarnaast zijn er 1.000 auto’s die door 5.500 medewerkers gebruikt worden. Denk maar aan de ploegendiensten van de Douane en de Fiod.”

Al die verschillende typen reizen, zakelijk, woon-werk en privé, worden bijgehouden via een rit-registratiesysteem van Tomtom. “Aan het systeem voor de vaste leaseauto’s is nu een app gekoppeld.  We werken aan een app die ritten per persoon registreert, ongeacht in welke auto er wordt gereden. Daarin kun je ook aangeven als er is omgereden.”

Ontmoedigen

Zo’n 17 duizend medewerkers (van de in totaal 29 duizend) komen echter helemaal niet met de auto naar het werk, maar met het openbaar vervoer. Dat betekent dat 59 procent van de werknemers met het ov reist. Dat is een relatief hoog percentage; van  alle werkende Nederlanders forenst 10 procent met het ov.  “Onze grote kantoren, waar 90 procent van het personeel werkzaam is, zijn zoveel mogelijk gevestigd in de buurt van treinstations. We sporen iedereen actief aan om de auto te laten staan en de fiets te pakken of het ov. De auto hoeft niet helemaal thuis te blijven, maar kan ook op een p+r-plek worden geparkeerd als iemand niet op een handige ov-locatie woont.” 

“We geven mensen die met de eigen auto naar het werk komen een kilometervergoeding van slechts 6 cent per kilometer, met een maximum van 50 euro per maand. Dat ontmoedigt mensen absoluut om de auto te pakken. Reizen met het ov worden volledig vergoed.” Aan de andere kant krijgen fietsforensen een vergoeding van 19 cent per kilometer. “Toch komt slechts 4 procent met de fiets naar het werk, terwijl het gemiddelde in Nederland 20 procent is.” Dat komt volgens Schmidt omdat de gemiddelde woon-werkafstand vrij groot is: gemiddeld 30 kilometer voor een enkele reis.

“Parkeren hebben we daarom ook onaantrekkelijk gemaakt. Alleen diegenen die een erg lange ov-reistijd hebben komen nog in aanmerking voor een parkeerplek. Bij sommige kantoren zijn helemaal geen parkeerautorisaties meer voor het woon-werkverkeer, tenzij iemand een medische beperking heeft. Zo’n maatregel doet pijn. Het parkeerbeleid aanpassen is een hele klus.”

Deelauto

Wie geen functionele leaseauto heeft, maar wel een auto nodig heeft voor zakelijke reizen, omdat de bestemming niet goed met het openbaar vervoer bereikbaar is, kan gebruik maken van een deelauto. Voorheen stonden bij vestigingen van de Belastingdienst altijd poolauto’s. “Dat hebben we uitbesteed, omdat we daar veel tijd mee kwijt waren met lokale beheerders.” Eerst werd gewerkt met Mobility Mixx, dat Leaseplan onlangs heeft verkocht, maar inmiddels is de switch gemaakt naar Shuttel, het mobiliteitsbedrijf van Pon. In totaal zijn er bij het Rijk 750 deelauto’s beschikbaar. “We zitten in één pool met het Rijksvastgoedbedrijf. We maakten gebruik van deelauto’s via Mobility Mixx, maar werken nu met Shuttel aan een afgesloten reserveringsplatform binnen Greenwheels. Als een medewerker een deelauto gebruikt, is het niet altijd handig dat die op kantoor moet worden opgehaald of ingeleverd. Vaak is het veel handiger als die deelauto kan worden gereserveerd uit de publieke vloot in de wijk waar men woont. Dan heb je landelijke dekking nodig; die biedt Greenwheels. Het scheelt veel tijd, omdat mensen niet eerst naar kantoor hoeven te komen. Bovendien ligt het piekmoment van Greenwheels in het weekeinde en zijn er tijdens werktijden veel auto’s beschikbaar. Naast de ‘eigen’ deelauto’s willen we ook pilots gaan draaien met de publieke deelauto’s van Greenwheels. Ook deze zijn te reserveren met de mobiliteitskaart van Shuttel. De deelauto is dan ook een van de uitdagingen voor de komende tijd.”

Maas

Een andere uitdaging voor Schmidt is om nog meer medewerkers op de fiets te krijgen. De komende tijd worden de fietsenstallingen opgeknapt. Medewerkers mogen binnen de werkkostenregeling eens in de drie jaar gebruik maken van de bedrijfsfiets-regeling. “We proberen mensen ook bewuster te laten reizen. In eerste instantie door reizen te voorkomen met thuiswerken en virtueel vergaderen, maar ook door de promotie van de combinatie van deelauto en openbaar vervoer. Kortom: een is een verschuiving van de vaste auto naar meer en duurzame modaliteiten en een beter evenwicht tussen de reis- en de werktijd. In dat kader hebben we samen met Bovag en Friesland Lease een reis-adviesapp ontwikkeld, waarmee je kunt zien wat het beste reisadvies is, maar ook hoeveel calorieën je hebt verbrand en hoeveel CO2 en tijd zijn bespaard. Een soort MaaS-oplossing.” 

Belastingdienst in cijfers

Bij de belastingdienst werken 29 duizend mensen, verdeeld over 54 kantoren. Naast deze werkplekken zijn er ook kleine kantoren zoals grenskantoortjes voor de douane of dependances. Het wagenpark bestaat uit 1,500 voertuigen, waarvan 11 procent met een grijs kenteken. Jaarlijks wordt 65 miljoen euro uitgegeven aan het wagenpark, de mobiliteitskaart en declaraties.

Interview Mobiliteit | Belastingdienst snijdt stevig in privileges | Fleet&Mobility
Henk Schmidt, productmanager Vervoer bij de Belastingdienst:

Interview Mobiliteit | Belastingdienst snijdt stevig in privileges

Floor Vink Floor Vink
• Laatste update:
Henk Schmidt: Duurzaamheid heeft prioriteit binnen het mobiliteitsplan. (Foto: Cindy Bakker Fotografie)

Het samensmelten van de zestig losse autoregelingen was een van de grootste standaardisatie-operaties van de afgelopen jaren die bij de Rijksoverheid plaatsvonden. De nieuwe regeling, die  begin deze zomer van kracht werd, geeft binnen de verschillende overheids-disciplines nog wel bewegingsvrijheid, bijvoorbeeld met betrekking tot het toekennen van dienstauto’s. Het harmoniseren van dit beleid gaat stap voor stap en is nog steeds bezig; de eerste aanzet werd al in 2011 gegeven. Niet iedereen is even blij met het resultaat. “Medewerkers hebben in de loop van vele jaren allerlei privileges opgebouwd en werden ook wel een beetje gepamperd. Nu komen we aan die privileges, zoals een ov-abonnement of een parkeerplaats.  Dat vinden mensen niet leuk”, vertelt Henk Schmidt, productmanager vervoer bij de Belastingdienst.

EV’s

Duurzaamheid heeft prioriteit binnen het mobiliteitsplan. In 2020 moet 20 procent van de zakelijke auto’s een EV zijn. “We streven zelfs naar een hoger percentage.” Er rijden nu veertig EV’s rond van de Belastingdienst en twee waterstofauto’s. Schmidt: “Die waterstofvarianten zijn in gebruik bij een douanekantoor in de buurt van Rhoon, waar een waterstoftankstation is. We hebben nu de Opel Ampera, Hyundai Ioniq, Volkswagen e-Golf en de Renault Zoe rijden. In de tweede helft van dit jaar willen we nog 65 EV’s bestellen, volgend jaar 81 en in 2020 nog eens 155. Dan hebben we 341 elektrische voertuigen in de vloot. Dat is meer dan 20 procent van het totaal. We zijn nu bezig met een aanbesteding voor laadpalen bij Rijksoverheid-kantoren. Alleen al voor de Belastingdienst worden de huidige 150 laadpunten met zo’n 300 uitgebreid en is er een Rijksbrede regeling voor thuislaadpunten.” De Belastingdienst werkt met Leaseplan als leasemaatschappij voor het beheer van de auto’s. “De auto’s worden al enkele jaren Rijksbreed aanbesteed en ingekocht. Met 12 duizend civiele auto’s zijn de inkoopvoordelen fors met ruime kortingspercentages.”

We komen aan privileges die in de loop van vele jaren zijn opgebouwd. Dat doet pijn.

Schatkist

Tot 2015 waren zelfs veel auto’s nog koop in plaats van lease. “De rente staat nu laag, maar is ook hoog geweest. De overheid kan goedkoop lenen, waardoor koop best interessant was. Nu we leaseauto’s hebben, zijn de financiële stromen constant en beter voorspelbaar, maar eerst moesten we iedere keer uitleggen waarom in het ene jaar veel meer voor auto’s werd begroot dan het andere. Het vervangingsschema was heel wisselend. Het ene jaar werden 300 auto’s vervangen door nieuwe, terwijl dat er in het andere jaar 150 waren. Dat scheelt nogal in de begroting en dat stuitte nog wel wel eens op onbegrip.” De omslag van koop naar lease viel precies in de crisistijd en dat was voordelig voor de overheid. “Het was crisis, we hoefden niet meer te investeren in nieuwe auto’s, maar hadden wel de inkomsten uit de remarketing van het rijdende wagenpark. Dat pakte erg goed uit voor de schatkist”, vertelt Schmidt. 

5 tips

  1. Kijk voortdurend naar het juiste moment om een verandering in het beleid door te voeren. Bijvoorbeeld bij cao-onderhandelingen of herziening van het parkeerbeleid in het geval van een nieuwbouwproject.
  2. Stel een duidelijk visie op, samen met het topmanagement. Maak daarin ook keuzes met betrekking tot duurzaamheid, kosten, gebruiksgemak of vervoer als belangrijke arbeidsvoorwaarde.
  3. Focus. Het is beter om meer tempo te maken met een of twee onderwerpen dan met hagel te schieten. 
  4. Zorg voor draagvlak en werk samen met HR, OR en het management. Gedragsverandering bij medewerkers heeft voortdurend aandacht nodig.
  5. Het gaat niet alleen om de directe kosten, voordelen van een goede vervoersvisie zijn ook: minder reistijd = meer directe uren, vitaliteit en minder parkeervoorzieningen.

Eigen bijdrage

Bij de belastingdienst zit geen enkele arbeidsvoorwaardelijke auto in de vloot. “We werken met belastinggeld, daar moet op een goede manier mee om worden gegaan.” Alle auto’s zijn dus functioneel en pas aan een persoon gekoppeld als er 20 duizend of meer zakelijke kilometers worden gemaakt, exclusief de kilometers voor woon-werkverkeer. “Op dit moment bekijken we dit omslagpunt. We maken er wellicht een andere constructie van, omdat een aantal collega’s ook kilometers declareert voor zakelijke ritten met hun privéauto. Als iemand privé een zeer vervuilende auto rijdt, loont het wat duurzaamheid betreft wellicht om een leaseauto te rijden. Dan zouden we het omslagpunt lager moeten stellen dan de huidige 20 duizend kilometer.” 

We werken met belastinggeld, Daar moet je goed mee omgaan.

Privékilometers zijn bij de Belastingdienst niet gemaximaliseerd. “Een leaserijder betaalt wel eigen bijdrage van 22 cent per kilometer. Die eigen bijdrage wordt van de te betalen bijtelling afgetrokken. Betaalt iemand bijvoorbeeld 1.500 euro fiscale bijtelling en rijdt hij voor 1.000 euro privékilometers, hoeft de loonheffing nog maar over 500 euro berekend te worden. Daarnaast zijn er 1.000 auto’s die door 5.500 medewerkers gebruikt worden. Denk maar aan de ploegendiensten van de Douane en de Fiod.”

Al die verschillende typen reizen, zakelijk, woon-werk en privé, worden bijgehouden via een rit-registratiesysteem van Tomtom. “Aan het systeem voor de vaste leaseauto’s is nu een app gekoppeld.  We werken aan een app die ritten per persoon registreert, ongeacht in welke auto er wordt gereden. Daarin kun je ook aangeven als er is omgereden.”

Ontmoedigen

Zo’n 17 duizend medewerkers (van de in totaal 29 duizend) komen echter helemaal niet met de auto naar het werk, maar met het openbaar vervoer. Dat betekent dat 59 procent van de werknemers met het ov reist. Dat is een relatief hoog percentage; van  alle werkende Nederlanders forenst 10 procent met het ov.  “Onze grote kantoren, waar 90 procent van het personeel werkzaam is, zijn zoveel mogelijk gevestigd in de buurt van treinstations. We sporen iedereen actief aan om de auto te laten staan en de fiets te pakken of het ov. De auto hoeft niet helemaal thuis te blijven, maar kan ook op een p+r-plek worden geparkeerd als iemand niet op een handige ov-locatie woont.” 

“We geven mensen die met de eigen auto naar het werk komen een kilometervergoeding van slechts 6 cent per kilometer, met een maximum van 50 euro per maand. Dat ontmoedigt mensen absoluut om de auto te pakken. Reizen met het ov worden volledig vergoed.” Aan de andere kant krijgen fietsforensen een vergoeding van 19 cent per kilometer. “Toch komt slechts 4 procent met de fiets naar het werk, terwijl het gemiddelde in Nederland 20 procent is.” Dat komt volgens Schmidt omdat de gemiddelde woon-werkafstand vrij groot is: gemiddeld 30 kilometer voor een enkele reis.

“Parkeren hebben we daarom ook onaantrekkelijk gemaakt. Alleen diegenen die een erg lange ov-reistijd hebben komen nog in aanmerking voor een parkeerplek. Bij sommige kantoren zijn helemaal geen parkeerautorisaties meer voor het woon-werkverkeer, tenzij iemand een medische beperking heeft. Zo’n maatregel doet pijn. Het parkeerbeleid aanpassen is een hele klus.”

Deelauto

Wie geen functionele leaseauto heeft, maar wel een auto nodig heeft voor zakelijke reizen, omdat de bestemming niet goed met het openbaar vervoer bereikbaar is, kan gebruik maken van een deelauto. Voorheen stonden bij vestigingen van de Belastingdienst altijd poolauto’s. “Dat hebben we uitbesteed, omdat we daar veel tijd mee kwijt waren met lokale beheerders.” Eerst werd gewerkt met Mobility Mixx, dat Leaseplan onlangs heeft verkocht, maar inmiddels is de switch gemaakt naar Shuttel, het mobiliteitsbedrijf van Pon. In totaal zijn er bij het Rijk 750 deelauto’s beschikbaar. “We zitten in één pool met het Rijksvastgoedbedrijf. We maakten gebruik van deelauto’s via Mobility Mixx, maar werken nu met Shuttel aan een afgesloten reserveringsplatform binnen Greenwheels. Als een medewerker een deelauto gebruikt, is het niet altijd handig dat die op kantoor moet worden opgehaald of ingeleverd. Vaak is het veel handiger als die deelauto kan worden gereserveerd uit de publieke vloot in de wijk waar men woont. Dan heb je landelijke dekking nodig; die biedt Greenwheels. Het scheelt veel tijd, omdat mensen niet eerst naar kantoor hoeven te komen. Bovendien ligt het piekmoment van Greenwheels in het weekeinde en zijn er tijdens werktijden veel auto’s beschikbaar. Naast de ‘eigen’ deelauto’s willen we ook pilots gaan draaien met de publieke deelauto’s van Greenwheels. Ook deze zijn te reserveren met de mobiliteitskaart van Shuttel. De deelauto is dan ook een van de uitdagingen voor de komende tijd.”

Maas

Een andere uitdaging voor Schmidt is om nog meer medewerkers op de fiets te krijgen. De komende tijd worden de fietsenstallingen opgeknapt. Medewerkers mogen binnen de werkkostenregeling eens in de drie jaar gebruik maken van de bedrijfsfiets-regeling. “We proberen mensen ook bewuster te laten reizen. In eerste instantie door reizen te voorkomen met thuiswerken en virtueel vergaderen, maar ook door de promotie van de combinatie van deelauto en openbaar vervoer. Kortom: een is een verschuiving van de vaste auto naar meer en duurzame modaliteiten en een beter evenwicht tussen de reis- en de werktijd. In dat kader hebben we samen met Bovag en Friesland Lease een reis-adviesapp ontwikkeld, waarmee je kunt zien wat het beste reisadvies is, maar ook hoeveel calorieën je hebt verbrand en hoeveel CO2 en tijd zijn bespaard. Een soort MaaS-oplossing.” 

Belastingdienst in cijfers

Bij de belastingdienst werken 29 duizend mensen, verdeeld over 54 kantoren. Naast deze werkplekken zijn er ook kleine kantoren zoals grenskantoortjes voor de douane of dependances. Het wagenpark bestaat uit 1,500 voertuigen, waarvan 11 procent met een grijs kenteken. Jaarlijks wordt 65 miljoen euro uitgegeven aan het wagenpark, de mobiliteitskaart en declaraties.