Bijtelling bij nieuwe berijder

Mobiliteit & Fiscus | Gevolgen van berijderswissel voor bijtelling

Redactie Redactie
• Laatste update:

CO2-uitstoot van de auto. Als er een korting van toepassing is, geldt daarbij een maximale duur. Vanaf 2017 is de bijtellingsregeling wat overzichtelijker geworden: er geldt nu voor auto’s met een datum eerste toelating vanaf 2017 een bijtelling van 22 procent. Heeft de auto een CO2-nihilemissie, dan geldt een bijtelling van 4 procent, die gedurende 60 maanden mag worden toegepast. Wie er in de auto rijdt, maakt niet uit. Een wisseling van berijder zorgt er dan ook niet voor dat de korting verloren gaat.

60 maanden

Eigenlijk was dat de afgelopen jaren ook steeds zo. De bijtellingskortingen waren toen niet alleen van toepassing op elektrische auto’s, maar ook op plug-in hybrides en op zuinige benzine- en dieselauto’s. Voor auto’s met een eerste tenaamstelling vanaf 1 juli 2012 kon ook steeds 60 maanden lang gebruik gemaakt worden van de bijtellingskorting. Wisselt zo’n auto van berijder, dan kan de nieuwe berijder het verlaagde bijtellingstarief toepassen zolang de eerste 60 maanden niet voorbij zijn. Na die 60 maanden wordt jaarlijks bekeken of er nog een bijtellingskorting van toepassing is. Dat is vanaf 2017 alleen nog het geval als het een gaat om een volledig elektrische of een waterstofauto.

Rittenregistratie

Een andere situatie die zich hierbij kan voordoen, is het gebruik van een rittenregistratie. Daaruit moet blijken dat er op jaarbasis niet meer dan 500 km privé gereden wordt. Als de collega die vertrekt zo’n rittenregistratie heeft bijgehouden, moet hij er alert op zijn dat die 500 kilometergrens bij elke werkgever tijdsevenredig wordt toegepast.

Een wisseling van berijder heeft geen gevolgen voor de bijtellingskorting.

Vertrekt hij bijvoorbeeld per 1 juli, dan mag hij het eerste halfjaar niet meer dan 250 km privé hebben gereden als hij de bijtelling wil voorkomen. Voor de collega die deze auto toegewezen krijgt, werkt dat net zo. Heeft hij nu geen auto van de zaak, en krijgt hij de auto bijvoorbeeld per 1 juli toegewezen, dan mag hij in de vanaf 1 juli tot en met 31 december privé niet meer rijden dan 250 kilometer. Heeft hij nu ook al een auto van de zaak, en wisselt hij die om voor de andere, dan mag hij zijn rittenregistratie voortzetten. Het enige dat dan verandert bij wisseling van de auto zijn het kenteken en de kilometerstand. Over het hele jaar is zijn maximale privégebruik dan 500 km. Denk er wel aan om het nieuwe kenteken aan de belastingdienst door te geven als er gebruik gemaakt wordt van een ‘verklaring geen privégebruik’.

Jan Rolleman is fiscalist bij AMD Automotive ­Fiscalisten. Hij houdt zich dagelijks bezig met ­belastingzaken en ­juris­prudentie over mobiliteit en de auto van de zaak. In Fleet&Mobility beantwoordt hij vragen van lezers. Ook een vraag over belastingzaken en uw mobiliteitsbeleid? Mail dan naar redactie@fleet-mobility.nl. 

Mobiliteit & Fiscus | Gevolgen van berijderswissel voor bijtelling | Fleet&Mobility
Bijtelling bij nieuwe berijder

Mobiliteit & Fiscus | Gevolgen van berijderswissel voor bijtelling

Redactie Redactie
• Laatste update:

CO2-uitstoot van de auto. Als er een korting van toepassing is, geldt daarbij een maximale duur. Vanaf 2017 is de bijtellingsregeling wat overzichtelijker geworden: er geldt nu voor auto’s met een datum eerste toelating vanaf 2017 een bijtelling van 22 procent. Heeft de auto een CO2-nihilemissie, dan geldt een bijtelling van 4 procent, die gedurende 60 maanden mag worden toegepast. Wie er in de auto rijdt, maakt niet uit. Een wisseling van berijder zorgt er dan ook niet voor dat de korting verloren gaat.

60 maanden

Eigenlijk was dat de afgelopen jaren ook steeds zo. De bijtellingskortingen waren toen niet alleen van toepassing op elektrische auto’s, maar ook op plug-in hybrides en op zuinige benzine- en dieselauto’s. Voor auto’s met een eerste tenaamstelling vanaf 1 juli 2012 kon ook steeds 60 maanden lang gebruik gemaakt worden van de bijtellingskorting. Wisselt zo’n auto van berijder, dan kan de nieuwe berijder het verlaagde bijtellingstarief toepassen zolang de eerste 60 maanden niet voorbij zijn. Na die 60 maanden wordt jaarlijks bekeken of er nog een bijtellingskorting van toepassing is. Dat is vanaf 2017 alleen nog het geval als het een gaat om een volledig elektrische of een waterstofauto.

Rittenregistratie

Een andere situatie die zich hierbij kan voordoen, is het gebruik van een rittenregistratie. Daaruit moet blijken dat er op jaarbasis niet meer dan 500 km privé gereden wordt. Als de collega die vertrekt zo’n rittenregistratie heeft bijgehouden, moet hij er alert op zijn dat die 500 kilometergrens bij elke werkgever tijdsevenredig wordt toegepast.

Een wisseling van berijder heeft geen gevolgen voor de bijtellingskorting.

Vertrekt hij bijvoorbeeld per 1 juli, dan mag hij het eerste halfjaar niet meer dan 250 km privé hebben gereden als hij de bijtelling wil voorkomen. Voor de collega die deze auto toegewezen krijgt, werkt dat net zo. Heeft hij nu geen auto van de zaak, en krijgt hij de auto bijvoorbeeld per 1 juli toegewezen, dan mag hij in de vanaf 1 juli tot en met 31 december privé niet meer rijden dan 250 kilometer. Heeft hij nu ook al een auto van de zaak, en wisselt hij die om voor de andere, dan mag hij zijn rittenregistratie voortzetten. Het enige dat dan verandert bij wisseling van de auto zijn het kenteken en de kilometerstand. Over het hele jaar is zijn maximale privégebruik dan 500 km. Denk er wel aan om het nieuwe kenteken aan de belastingdienst door te geven als er gebruik gemaakt wordt van een ‘verklaring geen privégebruik’.

Jan Rolleman is fiscalist bij AMD Automotive ­Fiscalisten. Hij houdt zich dagelijks bezig met ­belastingzaken en ­juris­prudentie over mobiliteit en de auto van de zaak. In Fleet&Mobility beantwoordt hij vragen van lezers. Ook een vraag over belastingzaken en uw mobiliteitsbeleid? Mail dan naar redactie@fleet-mobility.nl.