De belastingdienst hanteert sinds kort een nieuwe methode om de naheffing te berekenen voor het onterecht privé gebruiken van de bestelauto. Dat meldt

nl/nieuwe-voorbeeldovereenkomst-verbod-privegebruik-bestelauto.html” target=”_blank”>Auto&Fiscus.

De Belastingdienst heeft op zijn website een nieuwe modelovereenkomst voor de vastlegging van het verbod op privégebruik van een bestelauto gepubliceerd. Opvallend aan deze overeenkomst is dat– anders dan in de oude versie – de consequentie van de overtreding van het verbod op privégebruik niet langer is dat dan alsnog de forfaitaire bijtelling wordt berekend, maar een bijtelling op basis van de daadwerkelijk gereden privékilometers vermenigvuldigd met de kilometerkostprijs. Daarnaast moet de werkgever een sanctie opleggen die volgens de belastingdienst minimaal €300 per overtreding en €1 per verreden kilometer moet bedragen.

Hiermee zijn naheffing en boete nu wezenlijk anders dan die bij de ‘Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto’,waarbij in geval van overtreding de volledige bijtelling alsnog wordt verhaald.

Toezicht op naleving
Beide methoden zijn bedoeld om geen rittenregistratie bij te hoeven houden ter voorkoming van de bijtelling. “Werkgevers moeten zich echter bedenken dat ze bij een overeenkomst met een verbod op privégebruik zelf toezicht op de naleving van het verbod moeten houden”, aldus Jan Rolleman van Auto&Fiscus. Dat kan bijvoorbeeld door controle van kilometerstanden, controle op boetes voor verkeersovertredingen, controle op schademeldingen, brandstofgegevens en eventuele managementinformatie van een leasemaatschappij. Voor de manier van controleren en de frequentie daarvan, kan een werkgever overleg voeren met de Belastingdienst om discussies achteraf te voorkomen. “Is de controle door de werkgever voldoende, maar constateert de Belastingdienst tóch privégebruik, dan wordt bij de werknemer nageheven”, aldus Rolleman. “Is het toezicht onvoldoende, dan vindt naheffing bij de werkgever plaats. Dat geldt ook als de werkgever wist van het privégebruik, maar daar geen sancties aan verbindt.”

Aantrekkelijker
Als gebruik wordt gemaakt van de ‘Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto’ hoeft er ook geen rittenregistratie worden bijgehouden. “Voor de werkgever is dat een aantrekkelijker optie, omdat in dat geval niet het hierboven bedoelde frequente toezicht hoeft plaats te vinden. De Belastingdienst controleert naleving van zo’n verklaring vooral via camerabeelden”, zegt Rolleman.

nl/nieuwe-voorbeeldovereenkomst-verbod-privegebruik-bestelauto.html” target=”_blank”>Auto&Fiscus.

De Belastingdienst heeft op zijn website een nieuwe modelovereenkomst voor de vastlegging van het verbod op privégebruik van een bestelauto gepubliceerd. Opvallend aan deze overeenkomst is dat– anders dan in de oude versie – de consequentie van de overtreding van het verbod op privégebruik niet langer is dat dan alsnog de forfaitaire bijtelling wordt berekend, maar een bijtelling op basis van de daadwerkelijk gereden privékilometers vermenigvuldigd met de kilometerkostprijs. Daarnaast moet de werkgever een sanctie opleggen die volgens de belastingdienst minimaal €300 per overtreding en €1 per verreden kilometer moet bedragen.

Hiermee zijn naheffing en boete nu wezenlijk anders dan die bij de ‘Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto’,waarbij in geval van overtreding de volledige bijtelling alsnog wordt verhaald.

Toezicht op naleving
Beide methoden zijn bedoeld om geen rittenregistratie bij te hoeven houden ter voorkoming van de bijtelling. “Werkgevers moeten zich echter bedenken dat ze bij een overeenkomst met een verbod op privégebruik zelf toezicht op de naleving van het verbod moeten houden”, aldus Jan Rolleman van Auto&Fiscus. Dat kan bijvoorbeeld door controle van kilometerstanden, controle op boetes voor verkeersovertredingen, controle op schademeldingen, brandstofgegevens en eventuele managementinformatie van een leasemaatschappij. Voor de manier van controleren en de frequentie daarvan, kan een werkgever overleg voeren met de Belastingdienst om discussies achteraf te voorkomen. “Is de controle door de werkgever voldoende, maar constateert de Belastingdienst tóch privégebruik, dan wordt bij de werknemer nageheven”, aldus Rolleman. “Is het toezicht onvoldoende, dan vindt naheffing bij de werkgever plaats. Dat geldt ook als de werkgever wist van het privégebruik, maar daar geen sancties aan verbindt.”

Aantrekkelijker
Als gebruik wordt gemaakt van de ‘Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto’ hoeft er ook geen rittenregistratie worden bijgehouden. “Voor de werkgever is dat een aantrekkelijker optie, omdat in dat geval niet het hierboven bedoelde frequente toezicht hoeft plaats te vinden. De Belastingdienst controleert naleving van zo’n verklaring vooral via camerabeelden”, zegt Rolleman.