Bijzonder beheer Overig

Laatste update:

Acea: Verkoop van alternatieve aandrijflijnen verschilt sterk binnen EU

Het Acea-rapport bevestigt niet alleen een kloof tussen Oost- en West-Europa, maar ook een duidelijk onderscheid tussen Noord- en Zuid-Europese landen. (Foto: Shutterstock)

Vooral in Midden- en Oost-Europa is het gebruik van EV’s bijzonder laag.

De verkopen van alternatieve aandrijflijnen zijn zeer afwijkend in de verschillende EU-lidstaten. Zo blijkt uit een studie van de autofabrikantenorganisatie Acea. De introductie van EV’s, PHEV’s, waterstofauto’s en andere alternatieve aandrijflijnen zorgt in heel Europa voor verandering van het wagenpark en de infrastructuur, maar de verschillen per land zijn aanzienlijk.

“Hoewel het gemiddelde EU-marktaandeel van voertuigen met een alternatieve aandrijving toeneemt, zijn de enorme verschillen in heel Europa buitengewoon zorgwekkend”, aldus de Nederlandse Acea-directeur Eric-Mark Huitema.

Het aantal vorig jaar verkochte EV’s en PHEV’s varieerde bijvoorbeeld van slechts 93 auto’s in Letland (0,6% marktaandeel) tot 67.504 in Duitsland (2% marktaandeel). De afzet van EV’s is bijzonder laag in Midden- en Oost-Europa, waarbij Polen bijvoorbeeld nauwelijks iets verkoopt (0,2% van de totale verkoop van personenauto’s). Een EV-marktaandeel van meer dan 1,5% is iets dat exclusief is voor West-Europese landen.

Kloof

Het Acea-rapport bevestigt niet alleen een kloof tussen Oost- en West-Europa, maar ook een duidelijk onderscheid tussen Noord- en Zuid-Europese landen. EV’s vertegenwoordigen minder dan 1 procent van het totale marktaandeel in Italië en Spanje, terwijl deze landen de derde en de vierde economie zijn van de EU. 

Het is volgens het rapport duidelijk dat de verkoop van EV’s in verband staat met de levensstandaard van een land. De koepelorganisatie gaf eerder dit jaar in een studie aan dat de lage EV-verkoop vooral speelt in landen waar het gemiddeld inkomen minder is dan 29 duizend euro per jaar, zoals Spanje, Italië, Griekenland en landen in Midden- en Oost-Europa. In slechts vier EU-landen maken elektrisch geladen voertuigen meer dan 2,5 procent van de automarkt uit (waaronder Nederland). In deze landen is het gemiddelde inkomen meer dan 42 duizend euro.

Uit het rapport blijkt ook dat de verkoop van auto’s op aardgas voornamelijk is geconcentreerd in Italië en Duitsland (74% van het EU-totaal). Waterstofauto’s hebben vooralsnog een marginaal aandeel in de totale EU-nieuwverkoop.

Top 5 Meeste EV’s verkocht (marktaandeel)

1 Duitsland 67,504 (2.0%)
2 Verenigd Koninkrijk 59,911 (2.5%)
3 Frankrijk 45,587 (2.1%)
4 Nederland 29,695 (6.7%)
5 Zweden 28,327 (8.0%)

 

Top 5 Minst EV’s verkocht (marktaandeel)

1 Letland 93 (0.6%)
2 Estland 118 (0.5%)
3 Litouwen 143 (0.4%)
4 Bulgarije 220 (0.6%)
5 Slowakije 293 (0.3%)

 Data van Acea, bewerkt door Automotive.

Acea: Verkoop van alternatieve aandrijflijnen verschilt sterk binnen EU | Fleet&Mobility

Acea: Verkoop van alternatieve aandrijflijnen verschilt sterk binnen EU

 Foppe Lycklama à Nijeholt Foppe Lycklama à Nijeholt
• Laatste update:
Het Acea-rapport bevestigt niet alleen een kloof tussen Oost- en West-Europa, maar ook een duidelijk onderscheid tussen Noord- en Zuid-Europese landen. (Foto: Shutterstock)

De verkopen van alternatieve aandrijflijnen zijn zeer afwijkend in de verschillende EU-lidstaten. Zo blijkt uit een studie van de autofabrikantenorganisatie Acea. De introductie van EV’s, PHEV’s, waterstofauto’s en andere alternatieve aandrijflijnen zorgt in heel Europa voor verandering van het wagenpark en de infrastructuur, maar de verschillen per land zijn aanzienlijk.

“Hoewel het gemiddelde EU-marktaandeel van voertuigen met een alternatieve aandrijving toeneemt, zijn de enorme verschillen in heel Europa buitengewoon zorgwekkend”, aldus de Nederlandse Acea-directeur Eric-Mark Huitema.

Het aantal vorig jaar verkochte EV’s en PHEV’s varieerde bijvoorbeeld van slechts 93 auto’s in Letland (0,6% marktaandeel) tot 67.504 in Duitsland (2% marktaandeel). De afzet van EV’s is bijzonder laag in Midden- en Oost-Europa, waarbij Polen bijvoorbeeld nauwelijks iets verkoopt (0,2% van de totale verkoop van personenauto’s). Een EV-marktaandeel van meer dan 1,5% is iets dat exclusief is voor West-Europese landen.

Kloof

Het Acea-rapport bevestigt niet alleen een kloof tussen Oost- en West-Europa, maar ook een duidelijk onderscheid tussen Noord- en Zuid-Europese landen. EV’s vertegenwoordigen minder dan 1 procent van het totale marktaandeel in Italië en Spanje, terwijl deze landen de derde en de vierde economie zijn van de EU. 

Het is volgens het rapport duidelijk dat de verkoop van EV’s in verband staat met de levensstandaard van een land. De koepelorganisatie gaf eerder dit jaar in een studie aan dat de lage EV-verkoop vooral speelt in landen waar het gemiddeld inkomen minder is dan 29 duizend euro per jaar, zoals Spanje, Italië, Griekenland en landen in Midden- en Oost-Europa. In slechts vier EU-landen maken elektrisch geladen voertuigen meer dan 2,5 procent van de automarkt uit (waaronder Nederland). In deze landen is het gemiddelde inkomen meer dan 42 duizend euro.

Uit het rapport blijkt ook dat de verkoop van auto’s op aardgas voornamelijk is geconcentreerd in Italië en Duitsland (74% van het EU-totaal). Waterstofauto’s hebben vooralsnog een marginaal aandeel in de totale EU-nieuwverkoop.

Top 5 Meeste EV’s verkocht (marktaandeel)

1 Duitsland 67,504 (2.0%)
2 Verenigd Koninkrijk 59,911 (2.5%)
3 Frankrijk 45,587 (2.1%)
4 Nederland 29,695 (6.7%)
5 Zweden 28,327 (8.0%)

 

Top 5 Minst EV’s verkocht (marktaandeel)

1 Letland 93 (0.6%)
2 Estland 118 (0.5%)
3 Litouwen 143 (0.4%)
4 Bulgarije 220 (0.6%)
5 Slowakije 293 (0.3%)

 Data van Acea, bewerkt door Automotive.