Volkswagen, sinds kort de grootste autofabrikant ter wereld, werd onlangs betrapt op sjoemelen met de uitstootwaarden van dieselauto`s. Door een softwaretrucje vielen deze in de tests lager uit dan in de praktijk. Inmiddels blijft het aandeel van Volkswagen dalen, wacht het Duitse autobedrijf een miljardenclaim in Amerika en wordt er ook in Aziatische landen en in Europa geroepen om extra onderzoek.

Volgens sommige milieu-instanties is Volkswagen nu vooral de Kop van Jut, maar zeker niet de enige fabrikant die knoeit met de auto`s om tijdens testcycli op lagere waarden uit te komen om zo een goedkeuring te krijgen. Zo concludeert Transport&Environment op basis van een steekproef onder 23 auto’s dat andere fabrikanten – ze noemen geen namen – zelfs een groter verschil laten zien tussen praktijk en testwaarden. “Volkswagen komt er daarbij niet als slechtste vanaf”, zegt T&E-directeur Jos Dings op radiozender BNR. “Dan is het behoorlijk onrealistisch te denken dat anderen niet sjoemelen.” Volgens de steekproef van de organisatie stoten de auto’s in de praktijk gemiddeld zeven keer meer uit dan volgens fabrieksopgaaf.

Strengere eisen
Volgens Dings is het niet verwonderlijk dat de fraude van Volkswagen juist in de Verenigde Staten aan het licht kwam. “Daar zijn de eisen strenger, en is er een landelijk overzicht over de keuring. In Europa geldt dat als de auto in één land is gekeurd, de goedkeuring voor alle landen geldt. En dan zoek je als autofabrikant natuurlijk het land uit waar het minst streng wordt gecontroleerd.”

T&E lobbyt al jaren voor een andere testcyclus, die uitgaat van de praktijk. In 2017 moet een dergelijke testcyclus in Europa worden ingevoerd, maar deze gaat de organisatie nog niet ver genoeg. “De test blijft grotendeels in een laboratoriumomgeving uitgevoerd. Het allerbeste is om auto’s te testen op de weg. En er moet één Europese autoriteit verantwoordelijk worden voor de tests.” Ook uit onderzoek van TNO blijkt een groot verschil tussen de uitstoot van schadelijke stoffen bij dieselauto’s in de prakijk en op papier.

Kop van Jut
De Europese fabrikantenclub Acea ziet het VW-schandaal voorlopig nog als een fabrieksaangelegenheid en niet als een overkoepelend probleem met Volkswagen als kop van Jut. “Wij reageren als belangenorganisatie niet op een individueel geval.”

Wel zegt Acea de nieuwe praktijkgerichtere testen met vertrouwen tegemoet te zien. “De Real Driving Emission test (RDE) zorgt er voor dat de emissietesten realistischer zijn. We hopen dan ook dat de Europese Commissie snel uitsluitsel geeft over de criteria voor deze test.”

Het gaat in het geval van Volkswagen om elf miljoen auto`s van de modellen VW Jetta, VW Beetle, Audi A3 en de VW Golf (alle van bouwjaren 2009 en 2015) en om de Passat (bouwjaren 2014-2015).

Lees alles over het Volkswagen-schandaal op de site van Automotive Management. 

Volgens sommige milieu-instanties is Volkswagen nu vooral de Kop van Jut, maar zeker niet de enige fabrikant die knoeit met de auto`s om tijdens testcycli op lagere waarden uit te komen om zo een goedkeuring te krijgen. Zo concludeert Transport&Environment op basis van een steekproef onder 23 auto’s dat andere fabrikanten – ze noemen geen namen – zelfs een groter verschil laten zien tussen praktijk en testwaarden. “Volkswagen komt er daarbij niet als slechtste vanaf”, zegt T&E-directeur Jos Dings op radiozender BNR. “Dan is het behoorlijk onrealistisch te denken dat anderen niet sjoemelen.” Volgens de steekproef van de organisatie stoten de auto’s in de praktijk gemiddeld zeven keer meer uit dan volgens fabrieksopgaaf.

Strengere eisen
Volgens Dings is het niet verwonderlijk dat de fraude van Volkswagen juist in de Verenigde Staten aan het licht kwam. “Daar zijn de eisen strenger, en is er een landelijk overzicht over de keuring. In Europa geldt dat als de auto in één land is gekeurd, de goedkeuring voor alle landen geldt. En dan zoek je als autofabrikant natuurlijk het land uit waar het minst streng wordt gecontroleerd.”

T&E lobbyt al jaren voor een andere testcyclus, die uitgaat van de praktijk. In 2017 moet een dergelijke testcyclus in Europa worden ingevoerd, maar deze gaat de organisatie nog niet ver genoeg. “De test blijft grotendeels in een laboratoriumomgeving uitgevoerd. Het allerbeste is om auto’s te testen op de weg. En er moet één Europese autoriteit verantwoordelijk worden voor de tests.” Ook uit onderzoek van TNO blijkt een groot verschil tussen de uitstoot van schadelijke stoffen bij dieselauto’s in de prakijk en op papier.

Kop van Jut
De Europese fabrikantenclub Acea ziet het VW-schandaal voorlopig nog als een fabrieksaangelegenheid en niet als een overkoepelend probleem met Volkswagen als kop van Jut. “Wij reageren als belangenorganisatie niet op een individueel geval.”

Wel zegt Acea de nieuwe praktijkgerichtere testen met vertrouwen tegemoet te zien. “De Real Driving Emission test (RDE) zorgt er voor dat de emissietesten realistischer zijn. We hopen dan ook dat de Europese Commissie snel uitsluitsel geeft over de criteria voor deze test.”

Het gaat in het geval van Volkswagen om elf miljoen auto`s van de modellen VW Jetta, VW Beetle, Audi A3 en de VW Golf (alle van bouwjaren 2009 en 2015) en om de Passat (bouwjaren 2014-2015).

Lees alles over het Volkswagen-schandaal op de site van Automotive Management.